zondag, juni 25

Kort na de aanslagen van 11 september 2001 heeft de Amerikaanse regering zich in het geheim toegang verschaft tot een reusachtige databank van internationaal betalingsverkeer. Tot op de dag van vandaag worden geldoverdrachten nagetrokken op sporen van terroristische activiteit.

Enkele grote Amerikaanse kranten brachten gisteren dit nieuws, tot verdriet van de regering. In de eerste plaats vreest het Witte Huis een oplaaiende discussie over de juridische en privacy-aspecten van het project.
‘Het heeft ons voorzien van een uniek en machtig inkijkje in de werkwijzen van terroristische netwerken’, zei onderminister van Financiën Stuart Levey toen het de regering duidelijk was dat pogingen het nieuws uit de kranten te houden, schipbreuk leden. Levey: ‘Zonder twijfel is het een wettig en fatsoenlijk gebruik van onze bevoegdheden.’
In de tweede plaats vreest de regering dat de tegenstander zijn betalingsgedrag aanpast. Een woordvoerder van het Witte Huis: ‘De president is bezorgd nu The New York Times er weer voor heeft gekozen een geheim programma dat beoogt onze burgers te beschermen, naar buiten te brengen.’
The New York Times was een van de kranten die met de onthulling kwamen. In december bracht de krant het bericht dat de NSA, een binnenlandse veiligheidsdienst, in 2002 in geheime opdracht van president Bush is begonnen internationaal telefoon- en e-mailverkeer tussen Amerikanen en buitenlanders af te tappen. Het bericht bracht in Amerika een scherpe discussie op gang over de vraag hoe eigenmachtig een democratisch gecontroleerde regering mag zijn.


Het is nog niet duidelijk hoe gedetailleerd de regering internationale betalingen kan volgen. De vertrekkende minister van Financiën, John Snow, zei dat gericht gezocht wordt naar terroristische activiteit, niet met een wijd visnet, maar met ‘een scherpe harpoen’. De Amerikanen krijgen hun gegevens van het in Brussel gevestigde internationale bedrijf Swift. Het is in 1973 opgericht door bijna achtduizend financiële instellingen uit meer dan tweehonderd landen, voornamelijk banken en investeringsmaatschappijen. Het functioneert als een enorme boodschappendienst van financiële informatie, zo’n elf miljoen boodschappen per dag.

Swift liet weten dat het heeft gereageerd op ‘dwingende dagvaardingen’ om ‘beperkte verzamelingen van gegevens’ af te staan. In 2003 wilde Swift stoppen. Het bedrijf liet dit voornemen varen na tussenkomst van Allan Greenspan, de topman van de centrale bank in Amerika.