donderdag, april 26

De eerste kernsplijtingsbommen werden gemaakt in de VS, waar in 1939 een project (het Manhattanproject) was gestart om ze te ontwerpen en om voldoende splijtbaar materiaal te produceren. Het Los Alamos-laboratorium, of Project Y, werd begin 1943 voor slechts één doel opgezet: een atoombom ontwerpen en bouwen. Amerikaanse wetenschappers haastten zich om de kracht van het atoom te ontsluiten.

Er werd gevreesd dat ook Nazi-Duitsland aan een kernbom werkte. Dit was inderdaad zo maar hun project is, hoewel er aanzetten toe waren gedaan, echter nooit goed van de grond gekomen. Bovendien bleek na de oorlog, toen de geallieerden de Duitse geleerden die er aan werkten ondervroegen, dat de nazi's op een verkeerd spoor zaten en dat ze nog jaren verwijderd waren van een werkend prototype.


De eerste testontploffing (met de Trinity) vond op 16 juli 1945 om 5:29:45 plaats in de woestijn van New Mexico. De explosieve kracht bedroeg 20 tot 22 kiloton. In het team dat de bom ontwierp werkten de allerbeste wetenschappers, onder wie veel die ook bij een groter publiek bekend raakten, zoals Enrico Fermi, Robert Oppenheimer, Richard Feynman, John von Neumann, Murray Gell-Mann en Edward Teller.

Een twintigtal medewerkers aan het Manhattanproject heeft ooit (voor de oorlog of erna) een Nobelprijs gewonnen. Behalve deze kern van geniale wis- en natuurkundigen was het Manhattanproject ook een enorme industriële onderneming; de benodigde opwerkingsfabrieken en de investeringen daarvoor waren kolossaal. Enola gay.