maandag, april 18

Hermanus Brood werd geboren op 5 november 1946 in Zwolle en begon op 17-jarige leeftijd met zijn muziekcarrière, na een afgebroken studie aan de Arnhemse kunstacademie. Als toetsenist bij de Arnhemse band The Moans toerde Brood intensief in het Duitse nachtclubcircuit, waar de basis werd gelegd voor zijn excessieve drank- en drugsgebruik. Eind jaren zestig maakte Brood deel uit van de legendarische Drentse bluesband Cuby + Blizzards.

Eind jaren zeventig startte Brood een uitermate succesvolle solocarrière. Broods manische levensstijl mondde uit in de inmiddels tot Nederpop-klassiekers uitgeroepen albums Street en Shpritsz. Een poging om in Amerika succes te boeken, mislukte jammerlijk en luidde de neergang in van Broods muzikale prestaties. In de jaren tachtig en negentig manifesteerde Brood zich vooral als beeldend artiest. Zijn tekeningen, zeefdrukken en action paintings vonden gretig aftrek bij een breed publiek. Brood werkte graag mee aan de opbouw van zijn imago als onverbeterlijke 'zoon van alle moeders' en schroomde niet via de roddelpers en tv-optredens van zijn privé-leven een publieke zaak te maken.

Door Broods onverminderd hoge drank- en drugsgebruik werd zijn fysieke conditie dermate zorgwekkend, dat gevreesd werd voor zijn leven. In zijn laatste levensjaar verscheen het tweede deel van Broods biografie van zijn vriend Bart Chabot, veelbetekenend getiteld Broodje Halfom. Brood zelf verraste zijn luisteraars met een uitstekend laatste album Ciao Monkey, waarop hij al zinspeelt op het einde van zijn leven. Op 11 juli 2001 besloot Brood dat zijn lichaam 'op' was en zijn levenslust was verdwenen. Hij beëindigde zijn leven met een sprong van het dak van het Amsterdamse Hilton-hotel. Een rock 'n' roll legende is niet meer onder ons, maar hij laat zijn sporen na in de vorm van een gevarieerd en uitgebreid oeuvre en een rijk gedocumenteerde levensloop.


Onder het plaatje een leuke "The best of Herman"


Mooie reportage hier, Verder heb ik niets meegemaakt, (nieuw venster).